zaterdag

Blink - speciaal voor Bram

VERKOCHT

Lag het aan het grijze weer? Of aan de grijze gebouwen? Of aan de grijze dames en heren in hun grijze jaren? De wereld miste wel wat kleur, vond Blink.  En dat, zo besloot hij op een dag, moest maar eens veranderen.Blink had al vaker mensen naar daar boven zien klimmen. En klauteren ook. Maar altijd kwamen ze met lege handen en somber van kleur naar beneden.  Blink bezag de hele handel. Het blozende vertrek naar boven, vol verwachting. En dan de grauwe terugkeer. Iets in hem vertelde hem dat hij naar boven moest. Dat hij daar zou vinden wat hij zocht. De klimweg was hoog en moeilijk. Misschien had Blink wel hulp nodig. Terwijl Blink daar die vertrekkers en terugkeerders stond te bestuderen, bleek er plots een kereltje naast hem te staan. ‘Niet te schatten he, allemaal komen ze met lege handen terug!’ Blink schrok zich een hoedje.  ‘Ik ben Bram. Ik denk dat ik naar boven moet. Al weet ik niet precies waarom.’ Blinks gezicht klaarde helemaal op. ‘Jij moet met mij naar boven,  natuurlijk!’ Bram schudde niet ja of niet nee. Hij keek Blink diep nadenkend aan.  Dus vertelde Blink van het grijs en dat hij de wereld als een kleurboek bezag. Maar dat er nog véél werk aan de winkel was. Brams ogen fonkelden bij het horen van Blinks plan. ‘En zouden we dat daarboven vinden, denk je? Heb je al die grauwgrijze mensen gezien? Veel kleur hebben die toch niet bij?’ ‘Nee,’ zei Blink,’ maar misschien zijn zij niet de juiste mensen voor de juiste kleuren.’ Dus begonnen die twee aan de grote klim naar boven. Door, op en over takken. En rotsen. Langs kabbelende riviertjes. Soms  kon de ene het perfect alleen, dan weer had de andere wat hulp nodig. Beneden ging verder weg. Wanneer ze eindelijk boven kwamen, liet de zon een roodwarme gloed over de top glijden. Maar Bram en Blink zagen dat dat niet het enige was wat een gloed over hen wierp. Ze stonden op een vulkaan! Ze liepen naar de rand van het gat en zagen allemaal goud! Het was niet warm en er was geen dikke lavastroom. Nee, het was heel fijn poeder. Bram nam een beetje in zijn hand en blies het over de vallei uit. Het poederstof werd meegevoerd door een zacht briesje, en waar het neerkwam, viel een nevel van glitter en warme kleuren. Blink en Bram wisten wat hen te doen stond. Ze vulden hun zakken en alles wat ze konden met het poeder. En op hun terugweg naar beneden lieten ze al een spoor van kleur achter. Zo verder door naar de stad, en alles daarrond. En hoe meer kleur ze brachtten, hoe vrolijker de mensen ook werden. Het nam wat tijd in beslag, maar met wat geduld en heel wat geklim en geklauter maakten Bram en Blink van de wereld een kleurige toverbal! V

Geen opmerkingen:

Een reactie posten